Pagina: [1] [Terug]


Materieel 1946

Mat '46 (Materieel '46) was een serie elektrische treinstellen van de Nederlandse Spoorwegen, aangeduid naar het jaar van bestelling. Officieel werd dit materieel aangeduid als Plan A, AB, B en C. Officieus werd ook de benaming "Muizeneus" gebruikt. Bij deze serie werd voortgebouwd op eerdere typen stroomlijnmaterieel, zoals vanaf 1936 in Nederland in gebruik genomen. Deze series, waarmee Mat '46 in treinschakeling kon rijden, stonden bekend als Mat '35, Mat '36 en Mat '40. Doordat in de Tweede Wereldoorlog veel van het Nederlandse spoorwegmaterieel verloren was gegaan, bestond na de Bevrijding een grote schaarste aan materieel. Om dit tekort op te lossen en om over materieel voor de verdergaande elektrificatie van het spoorwegnet te kunnen beschikken werden nieuwe treinstellen aangeschaft bij de Nederlandse spoorwagonindustrie Werkspoor, Allan en Beijnes met elektrische installaties van Heemaf.
Tussen 1948 en 1952 werden 65 vierwagenstellen (serie 641-705) en 79 tweewagenstellen (serie 221-299) in dienst gesteld. De vierwagenstellen bestonden technisch gezien uit twee vast gekoppelde tweewagenstellen, waarbij uiteraard slechts aan één zijde een stuurstand was aangebracht. De stuurstand was naar hedendaagse maatstaven niet bijster comfortabel: de cabine was dusdanig krap bemeten dat de machinist zijn (op een fietszadel gelijkende) stoel eerst moest opklappen alvorens hij zijn plaats kon verlaten.
De gestroomlijnde kopvorm was geënt op die van de eerdere materieelseries, die op hun beurt veel weg hadden van de Duitse "Fliegender Hamburger" en vergelijkbare (diesel)treinstellen uit de jaren '30. De kop was voorzien van verstevigingsribben die de machinist bij aanrijdingen een betere bescherming moesten bieden.
Elk tweewagenstel had een jacobsdraaistel, een gemeenschappelijk middendraaistel. De vierwagenstellen hadden twee jacobsdraaistellen. Hoewel dit een gewichtsbesparing opleverde, had dit tevens een tamelijk onrustige loop tot gevolg. Een tweewagenstel woog 89 ton, een vierwagenstel 169 ton. Het vermogen bedroeg 796 kW respectievelijk 1592 kW. Hoewel snelheden tot 140 km/u toegelaten waren, werd in de normale dienstregeling niet harder gereden dan 125 km/u. Door de elektrische en pneumatische verbindingen in de Scharfenbergkoppelingen konden de stellen in treinschakeling rijden met de treinstellen Mat '35, Mat '36, Mat '40 en het latere Mat '54.
Oorspronkelijk waren de treinstellen olijfgroen met rode biezen, vanaf de jaren '60 grasgroen met een gele "snor" op de neus. Vier tweewagenstellen werden vanaf circa 1970 in de nieuwe NS-huisstijl geel geschilderd. Zowel de groene als de gele stellen zijn vanaf circa 1970 voorzien geweest van de blauwe reclamebanen. In die tijd werd dit materieel steeds meer gebruikt voor spitstreinen, zodat het overdag meestal op een emplacement stilstond. De animo van opdrachtgevers om op deze treinen reclame te laten aanbrengen was navenant gering, zodat een treinstel Mat '46 met reclame een zeldzaamheid was.
Het materieel '46 is vooral gebouwd om het materieelverlies dat was ontstaan na de Tweede Wereldoorlog en de door de elektrificatie groeiende behoefte aan elektrisch stroomlijnmaterieel op te vangen. Het materieel werd dan ook in veel verschillende treindiensten ingezet, vaak als versterking. Vooral na de invoering van het nieuwe dienstregelingconcept Spoorslag '70 verdween het materieel uit de meeste langeafstandsverbindingen. Deze treinen werden voortaan gereden met het daarvoor aangewezen intercitymaterieel (o.a. treinstellen mat '54). Wel werd het materieel '46 nog als versterking of vervanging gebruikt. De treinstellen werden voortaan vooral ingezet in Noord-Holland, op de verbinding Zwolle - Vlissingen en in de stoptreindiensten op de Hofpleinlijn, de Kippenlijn en in Zuid-Limburg. Met de komst van het Stadsgewestelijk Materieel vanaf 1975 vond er een aantal materieelverschuivingen plaats en kon een groot deel van het materieel '46 buiten dienst gesteld worden. De inzet concentreerde zich begin jaren '80 in de spitsdiensten in Noord-Holland en de stoptreindiensten rond Eindhoven en in Zuid-Limburg. Treinstel 676 reed op 24 september 1983 heen en weer tussen Santpoort Noord en IJmuiden. Een dag later was zowel de inzet van het materieel '46 als de treindienst op de IJmondlijn verleden tijd.

Nadat in september 1983 het laatste treinstel materieel '46 uit de reguliere reizigersdienst verdween, werden nog drie tweewagenstellen gebruikt voor proefnemingen en instructieritten. De stellen 279, 285 en 291 waren zo nog enkele jaren rijdend op het Nederlandse spoorwegnet te zien. Het gele treinstel 279 hield het zelfs nog tot 1990 vol en werd uiteindelijk pas in 1992 gesloopt.

De treinstellen 279, 281, 299 en 295 waren de enige stellen van Materieel ‘46 die in gele kleurstelling hebben gereden als gevolg van de nieuwe huisstijl die in 1968 geïntroduceerd werd. Over deze uitvoering van de huisstijl zullen de meningen verdeeld zijn geweest. Er is in ieder geval geen vervolg gegeven aan verdere huisstijling van dit materieeltype.

Treinstel 273 is tenslotte bewaard gebleven in de collectie van het Nederlands Spoorwegmuseum te Utrecht. Dit treinstel is halverwege de jaren '90 gerestaureerd en wordt thans voor bijzondere ritten gebruikt.

Bron: Wikipedia (Lijst van Nederlands Spoorwegmaterieel)


Deelseries:

79 tweewagenstellen:
65 vierwagenstellen:
221 – 299, type ELD2
641 – 705, type ELD4

Indienststellingen tweewagenstellen:



1949: 241-246, 248
1950: 247, 249-256
1951: 221-228, 257-269, 285-286
1952: 229-240, 270-284, 287-299

Indienststellingen vierwagenstellen:



1948: 641-651
1949: 652-668
1950: 669-689
1951: 690-705

Buitendienststellingen tweewagenstellen:

1957: 229 (vernield bij botsing met treinstel 305 bij Woensel op 12 augustus 1957)
Rest: 1974-1983

Buitendienststellingen vierwagenstellen:



1950: 654 (uitgebrand na botsing goederentrein Susteren op 9 april 1950)
1955: 667 (nummer in 1955 verdwenen, bakken over ander materieel verdeeld)
1962: 700 (spoorwegongeval 8 januari 1962 Harmelen)
Rest: 1973-1984



Treinstel 654:
De 654 was op 26 februari 1949 in dienst gesteld. Iets meer dan een jaar oud verongelukte het stel op 9 april 1950 bij Susteren: als gevolg van een botsing met een goederentrein brandde het treinstel vrijwel volledig uit. De overblijfselen werden naar Haarlem gebracht, maar op 31 mei werd het treinstel voor sloop afgevoerd.

Treinstel 667:
Als gevolg van diverse ongevallen waar materieel '46 in de loop van de periode juni 1953 - december 1955 bij betrokken was (Weesp, Geldermalsen en Den Haag) werd een aantal rijtuigen met schade afgevoerd voor sloop. Bij de vele bakwisselingen die daar een gevolg van waren was ook de 667 betrokken: alle rijtuigen van dit treinstel kwamen in andere treinstellen te rijden. Zo verdween weliswaar het nummer 667 uit het materieelpark maar waren de rijtuigen van de 667 nog allemaal in dienst.
Een reconstructie:
er liep een lange reeks bakwisselingen bij materieel '46 die begonnen na het ernstige ongeval bij Weesp op 19 juni 1953 waar twee bakken verwoest waren door de achterop aanrijding door de gloednieuwe 1303. In de loop van de volgende maanden/jaren schoven de CDk+C- combinatie van vele treinstellen door en bleven de B+Ck steeds over die dan weer werden gecombineerd met de CDk+C van een andere treinstel. Uiteindelijk bleven zo de Ck+B 667 over en werd er gestopt met die doorschuiving cyclus. De rijtuigen werden naar Werkspoor gebracht waar men een neus zou bouwen op de B 667 en er een tweewagenstel zou ontstaan dat dan het nummer 300 zou krijgen, aansluitend op de nummering van de tweetjes 221-299.
Echter (opnieuw) een ongeval was de reden dat dit niet door ging: bij Geldermalsen (bij de aansluiting met de Betuwelijn naar Beesd) ging het helemaal mis en daar verongelukte de 646. De twee overgebleven rijtuigen van de 667 zouden nu worden gebruikt om de 646 te completeren. In de werkplaats Haarlem werden ook deze plannen weer ingehaald door actuele ontwikkelingen: bij een ernstige botsing/ontsporing in Den Haag eind december 1955 werd het B-rijtuig van de 704 zwaar beschadigd (de stationskap van Den Haag HS overigens ook). De B 667 nam de plaats in van deze B 704.
Vermeldenswaard is dat het B-rijtuig, later het A-rijtuig, het treinstelnummer bepaalde. Hoewel dit principe tot dat moment altijd was toegepast heeft men dit bij deze bakwisseling los gelaten: de B 667 werd vernummerd in 704 in plaats van de rijtuigen 704 te vernummeren in 667, gezien de aanwezigheid van deze B 667. Zo bleef het nummer 704 in de vaart en verdween het nummer 667. Overigens kwam de nu nog overblijvende Ck 667 in treinstel 655 terecht, maar dit terzijde.

Treinstel 700:
Het ernstige treinongeval in Harmelen op 8 januari 1962 leidde niet alleen tot 93 doden en tientallen gewonden, maar ook het verloren gaan van treinstel 700. De Bk 700 had eigenlijk hersteld kunnen worden. Deze bak had “slechts” schade doordat de achterop lopende 297 er tegenaan gedrukt is door de abrupte stilstand door de botsing. Het duurde tot eind 1962 voordat toch ook de Bk 700 werd afgevoerd.


Bron: Levenslopen Materieel 1946 (archief P.W. van der Vlist)

Meer specificaties en foto’s op www.seinarm.nl :
http://www.seinarm.nl/Stroomlijn/elektrisch/mat462.aspx
http://www.seinarm.nl/Stroomlijn/elektrisch/mat464.aspx



Vierwagentreinstel, type ELD4 materieel 1946 te Soest Zuid. Foto: Hans Verweij, collectie Adriaan Pothuizen. De exacte datum van deze foto is niet bekend, maar ligt tussen 1957 en 1963.
De geografische verkorting is Stz. Het station is gelegen aan de lijn Den Dolder - Baarn bij km 5.185; het eerste station werd geopend op 27 juni 1898. Dit oude, eerste station Soest Zuid heeft in vergelijking tot het huidige 200 meter richting station Soest gelegen (1900 - 1962). In 1963 werd het huidige station gebouwd van het type Vierlingsbeek, een standaardgebouwtje met vullling van stalen ramen en gele strengpersstenen (bron: www.stationsweb.nl).
Een onbekend treinstel ELD4 materieel 1946 als trein van Nijmegen op weg naar Arnhem, gefotografeerd tussen Nijmegen en Elst; 14 september 1969.


Treinstel mat.’46 ELD4-665 stopt in Soestdijk, op weg van Baarn naar Utrecht als trein 2056; 22 augustus 1972.
Foto: Peter van der Vlist.


Treinstel mat’46 ELD2-231 komt in Soest Zuid aan, op weg van Utrecht naar Baarn als trein 2055; 28 juli 1970.
Foto: Peter van der Vlist.
Op 1 juli 2002 staat mat'46 stel 273 klaar voor vertrek te Amersfoort na een afscheidsrit voor een machinist.
Foto: Robert Huls


Mat'46 treinstel 273 van het Nederlands Spoorwegmuseum en mat'54 Hondekop treinstel 766 van de ‘Stichting Mat'54 Hondekop-vier' aan de koppeling zijn zojuist Utrecht CS binnengereden na een donateursexcursie op 28 augustus 2004. De overkapping van de sporen is hier al gedeeltelijk gesloopt in voorbereiding op de grote en ingrijpende verbouwing van het station tot OV-Terminal. Dat werk is pas in 2010 in uitvoering gekomen. Zie ook: http://www.utrecht.nl/smartsite.dws?id=145237. De bovenleiding is op een tijdelijke hulpconstructie overgezet. Foto: Robert Huls. Mat'46 vierwagentreinstel 661 in dienst op de IJssel-Brabantroute, op weg van Roosendaal naar Zwolle als trein 4342, gefotografeerd tijdens een korte stop in Velp. Foto: Peter van der Vlist; 7 januari 1971. De zogenaamde "IJsbrantroute" was een vertrouwd inzetgebied voor dit type materieel.

Naarden-Bussum, 28 juni 1976. De Gooilijn is van oudsher ook een typische forensenlijn geweest: Gooise reizigers die ’s morgens per trein naar Amsterdam gingen en aan het einde van de middag weer terug naar huis. In de jaren zeventig werd deze extra drukte in de treinen opgevangen met zogenaamde spitstoevoegers; extra treinen in de ochtend- en avondspits. Avondspitstrein 15863, bestaande uit materieel 1946, stellen 281 en 658, komt hier binnen op spoor 1 in Naarden-Bussum. Het materieel keerde daarna leeg terug naar Amsterdam.
Ingaande de zomerdienstregeling 1978 werd deze Bussumse constructie gewijzigd en reed ook trein 15863 door naar Amersfoort. In die zin voegde deze trein zich in het rijtje van al bekende spitstoevoegers, te beginnen met 15859 (Asd v: 16.36 uur): snelle verbindingen uit Amsterdam met (afhankelijk van het treinnummer) doorrijden in Diemen, Hilversum NOS, Putten en/of Hulshorst) naar de Veluwe Het materieel reed na ’t Harde leeg door naar Zwolle. Foto: Peter van der Vlist.